“Hallo Jep”, “Hallo Panneke”.
“Ik verveel me Jep..”, “Nou, dan gaan we toch naar Amsterdam,Panneke”.
En zo gezegd, zo gedaan. Jep en Panneke gaan naar Amsterdam. Ze gaan met de trein. Daar komt hij al. Tjoeke-tjoek, doet de trein. Jep en Panneke zijn blij dat ze met de grote trein mogen. Onderweg komen ze allemaal mooi dingen tegen: een brug, een koe. Jep en Panneke genieten. Dan rijdt de trein het Cen-traal Sta-tion binnen. “Allemaal uitstappen” schreeuwt Panneke door de trein. Jep en Panneke stappen uit en het is heel druk. Allemaal mensen. “Ik ben bang Panneke, zometeen raken wij elkaar kwijt”. Jep huilt een beetje. “Niet huilen Jep”, zegt Panneke. Ze pak het handje van Jep en samen huppelen ze naar de uitgang.
Maar wat is dat? Spat, spat, spat. Het regent en alle mensen worden nat. De mensen kijken boos naar boven, ze vinden het niet leuk dat het regent. Jep en Panneke vinden het ook niet leuk. “Zullen we eerst wat drinken?” zegt Jep? Panneke knikt en hand in hand lopen ze snel naar het kof-fie-huis.. Spetter-spetter doen de plassen en de sokjes van Jep en Panneke worden helemaal nat. Maar in het koffiehuis is het droog. Jep neemt een kop warme cho-co-la-de-melk en Panneke gaat aan de koffie. Buiten tikt de regen op de ramen. “Wat gaan we nu doen Panneke?” vraagt Jep. “Ik weet het” zegt Panneke, “We gaan naar een mu-se-um” En snel trippelen Jep en Panneke naar een mu-se-um. Panneke weet de weg wel. Jep leest het grote bord “S-E-X M-U-S-E-U-M”. “Wat is dat Panneke?” vraagt Jep.“Dat is leuk” zegt Panneke, “Sex is leuk”. En zo huppelen ze samen het mu-se-um in. Jep kijkt zijn ogen uit, overal ziet Jep blote mevrouwen en mijnheren. Ze deden allemaal rare dingen. Jep vond het allemaal een beetje eng maar Panneke vermaakte zich. KLIK deed haar camera, KLIK KLIK KLIK. Ze kreeg er rode oortjes van. Jep kreeg er alleen maar nacht-mer-ries van.
Eenmaal buiten zei Panneke “Ik wil eten want van sex krijg je honger” en zo gingen ze naar een grillroom en aten hun buikjes vol. Buiten stroomde de regen nog steeds uit de lucht. “Zullen we met het bootje varen?” vroeg Panneke. Jep was allang blij dat hij niet terug hoefde naar het sex-mu-se-um en zo stapte onze twee vriendjes in een rondvaartboot. Tuf-tuf-tuf,het bootje vaarde door de grachten. Oh, wat waren onze vriendjes in hun schrik. Maar wat is dat? Vooraan in de boot zat een kleine baby. Bleeeh bleeeh, de baby begon te huilen. De baby huilde nu al een dik half uur. Jep werd een beetje boos. “Gloeiende gloeiende, welke randdebiel neemt nu een baby mee in een rondvaartboot. Gooi dat raam open en pleur die kutkoter naar buiten of laat hem zijn bek houden..” Foei stoute Jep, wat zeg jij nu allemaal weer. Ondertussen was Panneke ook boos geworden. Voor haar zat een mevrouw en mijnheer heel lief te doen. Kussie, kussie, kussie deden ze. De mijnheer streelde de mevrouw door de haren. “I love you” zei de mevrouw. Kussie, kussie deden ze weer. De arme Panneke moest zich inhouden om niet te gaan gillen en hun koppen tegen elkaar aan slaan. Foei Panneke, dat mag niet hoor. Jep en Panneke waren dan ook blij dat ze weer van de boot af mochten.
Ze namen nog even wat drinken en liepen weer terug naar de trein. Onderweg zagen ze allemaal pa-ra-plu’s. Panneke maakte allemaal foto’s KLIK-KLIK-KLIK. Daar liep ook een mijnheer met een hele mooie paraplu. Panneke wou een foto nemen en besloop de mijnheer. De mijnheer schrok en viel PATS zo op de grond. AUW, zei de mijnheer en liep snel verder, want hij was bang voor Panneke. Op het station kochten ze nog een ijsje en stapte de trein weerin. Dag Jep, Dag Panneke, tot de volgende keer.