De beer is los in Oostenrijk en Duitsland. Althans, de beer was los want de beer is nu dood. Bruno, het bruine beertje is door jagers vakkundig om zeep gebracht want de stoute beer had zich tegoed gedaan aan een paar schapen en kippen en werd nu echt een gevaar voor de mensheid. En wat doen we dan? Juist, afschieten die handel. Logisch toch, hetzelfde moeten we maar doen met het handje vol tijgers in India of de poema in Amerika. Gewoon alles wat maar enigszins een gevaar voor de mensheid kan vormen, moet geëlimineerd worden. Dat noemt men be-scha-ving… Ik noem het be-scha-mend!!!
Maar voor beren-overlast hoeft men niet naar het buitenland hoor. Want bij ons in Flevoland hebben wij onze eigen beren-probleem in de vorm van de Berenklauw. Wat zeg ik nou? Ja, Berenklauw!! Geen Berenhap (gefrituurd lekkernij), Berenpoot (Homo-beer met handtasje) of Berenboot (Opvangboot voor thuisloze beren) maar een plant, de Berenklauw. Pffft, het is maar een plantje hoor ik je nu denken. Maar laat je niet bedotten door de schoonheid van de Reuzeberenklauw. Met zijn lengte tot zeker 4 meter en zijn witte parasolbloemen ziet hij er misschien mooi en onschuldig uit, maar is dat zeker niet. De Berenklauw is namelijk behoorlijk giftig. Wanneer men het sap van deze plant op je huid krijgt, maakt hij deze supergevoelig voor zonlicht, met als gevolg behoorlijke en zeer pijnlijke brandwonden. Komt het sap in je ogen, dan kan je zelfs blind worden. Bij ons in de polder groeit deze plant weelderig en begint een ware plaag te worden. Waarschijnlijk groeit er ook zo’n plant bij u in de buurt, pas dus maar goed op. In vergelijking met de Berenklauw is een Brandnetel maar een miezerig plantje. Men kan maar het beste met een grote boog om deze plant heen lopen en geen wolven en beren op de weg zien… Want voor je het weet, worden deze ook afgeschoten…