Ziek zijn en binnen zitten valt niet mee. Toen ik vanmorgen opstond en een strakblauwe lucht met een stralend zonnetje mij tegemoet kwam wist ik het gewoon: Vandaag gaan we er op uit! Maar dan volgt de vraag: Wat gaan wij doen? Ik wil niet te ver lopen en de echt leuke attracties en bezienswaardigheden zijn in deze koude maanden gesloten. Even uitwaaien in Zandvoort leek mij wel prettig. Dus rond een uurtje of half twee eerst even een pitstop gemaakt in Almere, waar we Paula opgehaald hebben. Die is altijd wel dol op een avontuurtje en laat zich altijd zeer gewillig ontvoeren zonder dat ze weet waarheen de reis gaat. Ondertussen had het felle zonnetje plaatsgemaakt voor een flinke wolkenpartij met een pittig windje. Maar een Jeffie laat zich niet zomaar afschrikken, oh nee dus Zandvoort ging gewoon door. Ik weet niet wat het is met de meeste vrouwen, maar op een of andere manier moeten ze altijd plassen. Dit keer was geen uitzondering, op het strand in Zandvoort moest dus eerst gestopt worden bij een strandtent. En ach, omdat ik solidair met Paula was ben ik ook maar gaan plassen. Niet omdat ik zo nodig moest hoor, maar omdat ik het anders zo sneu voor Paula vond dat zij de enige was die moest plassen, hahaha.
Na de plaspauze was het dan echt tijd voor de strandwandeling. Het was vrij druk op het strand. Verliefde stelletjes, kinderen en honden maakte het strand een vrolijke boel. Mensen met dassen en handschoenen wandelde dapper langs de witte schuimkoppen. En ook wij stellen ons bloot aan de elementen van de natuur. De koude wind striemde in ons gezicht. Heerlijk. Hier kan ik zo van genieten. Het gevoel dat je nog leeft, de wind in je haren en een koude neus. Waar ik zo van hou, wordt Paula iets te veel. Ze heeft nog net geen ijsklontjes in haar haren maar ze heeft een neus of ze net een liter jenever naar binnen had gewerkt (daarom bleef ze natuurlijk zo lang op het toilet). Bovendien had ze van die gezonde appelwangetjes gekregen. Ze zag eruit als een gezonde boerenmeid, maar ook Wim en ik kleurde heel gezond hoor. Het enige verschil is dat ik goed tegen de kou kan en Paula minder. Ze vindt ook altijd dat ze koude klompvoetjes bij ons in de auto krijgt omdat ik de verwarming altijd uit hebt. Als ik vervolgens verontwaardig roep dat ik altijd zo heet ben, schiet het tweetal in de lach. Tja, domme opmerking. We besluiten te lopen tot het viskraampje op het strand, terug te lopen en daar op de boulevard een visje te halen en in de warme auto op te eten. Maar we moesten dan wel tot die strand-viskraam lopen en ook echt aanraken. Dus met z’n drie-en raken we de kar aan en roepen alle drie hard “TIKKIE”. Vreemde blikken vallen ons ten deel als we aan komen lopen, de viskraam aantikken en weer rechtsom keren. Nu hebben we de wind in onze rug en die blaast ons snel terug naar het paadje weer op naar de boulevard. Zo’n paadje afgaan is snel gedaan maar een paadje oplopen is een zware klus voor Paula en mij. Wim staat ons boven uit te lachen terwijl wij halverwege uitpuffen. We zien er niet uit met onze rode en gezwollen hoofden van de kou en inspanning. Dus besluiten we foto’s van elkaar te maken. Lachen want we zien er niet op ons voordeligst uit.
De viskraam was dus een welkome afwisseling. De vis zag er heel lekker uit. Ik wou eigenlijk een grote zure bom nemen (Nee, ik ben NIET zwanger!), maar die kon ik niet vinden. Ik lust eigenlijk helemaal geen vis, met uitzondering van soms wat zalm, tonijn of wat vissticks. Ik besloot me dus te wagen aan de visnuggets (die zullen vast wel hetzelfde smaken als de visstick), Wim ging voor de visfriet en Paula nam de gefrituurde en gepaneerde scampi’s. Er was de nodige consternatie over wel of geen vismenu. Maar uiteindelijk hadden we waar we om vroegen. Alleen was het nog een dikke 200 meter lopen naar de auto en de man van de kraam had het geheel niet ingepakt en was dat ook niet van plan. Noodgedwongen hebben we dus de vis op een koud bankje opgegeten. Paula’s scampi’s waren niet te vreten, Wim zijn visfriet was ook niet lekker en mijn visnuggets smaakte dus niet naar vissticks. Niet geslaagd dus! Ik vond het heel sneu voor Paula want zij had getrakteerd en geloof mij, de vis wordt ook in Zandvoort duur betaald. Verkleumd kwam we bij de auto aan en besloten weer terug te rijden. Ondertussen was het kwik tot bijna vriespunt gezakt en begon het ook nog te regenen. Tijd voor een warme opkikker. Een pitstop bij La Place voor warme chocolademelk met slagroom die dankbaar werd opgedronken. En zo eindigde weer een kort maar leuk uitje, zonder haring dit keer.