- Gegevens
- Geschreven door: Jef
BBBBZZZZTTTTT. Het was half zeven dat de wekker ging. Met een slaperig hoofd stond ik op. De deur van de logeerkamer was al open en Pasula was al beneden. Die nacht was Pasula blijven slapen want we zouden naar Nijmegen gaan. Om 11 uur hadden we daar met Rozebeer afgesproken. Dus om half negen vertrokken we fris en monter uit Lelystad. We moesten eerst even een pitstop maken bij de apotheek want ik kwam er weer eens veel te laat achter dat mijn medicijnen op waren.
Het weer werkte niet mee, het regende al de hele ochtend en we wisten niet goed hoe we ons voor de dag moesten kleden. We zaten een beetje suf in de auto te luisteren naar het swoezzz-swoezzz geluid van de ruitenwissers toen ineens de telefoon ging, het was Beer. In Nijmegen was het gelukkig droog. Dat mocht ook wel want de weerverwachting loog er niet om, 26 – 28 graden maar tot nu toe kwam de thermometer in de auto niet boven de 16 graden uit.
We kwamen weer langs Kootwijk, waar mijn favoriete ijskarretje staat. Of moet ik zeggen: stond. Want of het nu door het vroege tijdstip kwam of het slechte weer. Hij was in geen velden of wegen te bekennen. Dag ijsje!! Dan maar een pitstop bij het AC restaurant. Dat kwam mooi uit want Pasula moest weer eens nodig plassen (ik ook trouwens). Na een half uurtje reden we weer verder richting Nijmegen. Wij kwamen de verkeer kant van Nijmegen binnen maar werden telefonisch door Beer geleidt naar de parkeerplaats vlak bij zijn huis. Toen Pasula en ik de garage uitkwamen gelopen stond Beer al op ons te wachten. Spannend, het was mijn eerste ontmoeting met een andere weblogger, en dan meteen met zo’n beroemdheid als heer Beer. Maar het klikte goed en we liepen eerst naar een Grand Cafe voor drinken, natuurlijk met een heerlijke versnapering want wij zijn tenslotte levensgenieters. 2x appeltaart en 1x aarbeiengebak. Ondertussen werd het weer steeds beter en het zonnetje begon zelfs te schijnen. Ik had spijt dat ik mijn jas had aangetrokken, bovendien was ik mijn fototoestel in de auto vergeten. Beer was zeer galant en bracht mij terug naar de parkeergarage. Pasula bleeft achter om de nodige foto’s te schieten. Daarna kregen wij de toeristische route naar de zandsculpturen. Daar werd natuurlijk ook even gezeten voor koffie en een stuk Mariekebrood (mjam, mjam). Daarna bracht Beer ons naar de Donjon, hij zette het tempo er goed in en ik was meer dood dan levend toen we daar aankwamen. Door de benauwde lucht was mijn hele shirt kletsnat geworden. Beer had nergens last van. Opgewekt nam hij tijdelijk afscheid van ons want hij moest iemand wegbrengen en zou pas rond 5 uur komen.
Beer was de hoek nog niet om of ik plofte als een zoutzak op een van de bankjes. Pfffftttt, wat had ik het warm gekregen. Warm en dorstig. Wij namen dus eerst een lekker frietje en een koele versnapering. Daarna slenterde we richting Donjon, een heel hoge toren die alleen maar uit steigers bestond. Pasula zat mij te polsen of ik erop durfde. Nou… In geen honderd jaar… Brrrr, alleen maar losse buizen. Nee hoor, echt niet. Het uitzicht aan de voet van de Donjon was spectaculair. Je keek mooi over de Waal en de Waalburg uit. We zaten heerlijk op een bankje te genieten. GAAAAAAP…. We werden wel heel erg duf en een voor een dommelde we weg. We leken wel een stelletje bejaarden. Tijd voor actie. Lekker afkoelen in de auto met airco en dan lekker boodschappen doen in het nabijgelegen Duitse Kleve.
We hadden niet veel tijd meer toen we bij Kleve aankwamen, slechts een half uurtje om te winkelen. Toen we de winkel inkwamen kregen Pasula en ik ieder een coupon. Danke schön zei ik tegen de vriendelijke dame. Ineens kirde Pasula naast mij “Oh een coupon voor Jagenmeister, jij drinkt niet he?” en RATS… de coupon werd uit mijn handen gegrist. Terwijl ik lekker in de schappen aan het neuzen was, hield Pasula het niet meer en ging op zoek naar de Jagenmeister-stand. Even later kwam ze terug met 3 glazen alcohol. Kijk eens, zeg maar nee dan krijg je er twee, ging het lachend, terwijl ze driftig van haar eerste glas Jagenmeister-cola zal te nippen. Hop, daar ging het eerste glas, waarna overgeschakeld werd naar glas nummer twee. Oei, dat kon niet goed gaan en dat ging ook niet goed want voordat we bij de kassa aankwamen was Pasula al als een toetertje. Met zwaaiende handen werden haar boodschappen op de band gezet. Het afrekenen was een crime. Giebelend werd naar de portemonnee gezocht en toen moest het nog gezocht worden. De kassier keek geergerd naar dit tafereel. Het inladen van haar boodschappen in het karretje ging niet meer. “Ik ga buiten even een luchtje scheppen” en ze waggelde naar buiten met in elke hand een glaasje. De derde glas kreeg ze niet ineens op. Van de terugweg naar Nijmegen weet ze weinig meer. Ineens drong het tot haar door dat ze Beer en SuperSjoerd ook nog onder ogen moest komen. De airco werd op vriezen gezet en uiteindelijk was ze weer een beetje ontnuchterd voordat we Beer weer ontmoeten, maar de echte kenners hadden haar wilde ogen wel doorzien.
Die avond had ik mijn tweede beproeving in de week. We gingen met de boot. Met de pannenkoekenboot om precies te zijn. Een uur lang zouden we varen terwijl je onbeperkt pannenkoeken mocht eten. Dat was wel aan Beer en mij toebesteed. Terwijl Beer en ik in de rij stonden voor een lekker pannenkoek, had Pasula telefoon en was in geen velden of wegen te bekennen. Ik nam een heerlijke pannenkoek met kaas en ham. Beer en later Pasula maakte het wat bonter. Beer had pannenkoek met brie en stroop. Maar Paula spande de kroon. Een pannenkoek met kaas, salami, rozijnen, M&M’s en ei. Yuck. Het eten was goed, het gezelschap aangenaam en zo vloog het uur voorbij. Het toetje werd genuttigd bij de nabijgelegen ijssalon. Ijskoffie voor Pasula en Beer en voor mij een heerlijke coupe met vruchten en sorbetijs.
De avond werd afgesloten met koffie (en thee voor mij) in de Metz, waar we ook nog kennis mochten maken met Supersjoerd. Toen was het alweer tijd voor afscheid en de reis terug naar huis. Op naar de donderdag waar ik Wim weer zou ontmoeten in Egmond aan Zee. Beer, nog bedankt voor de plezierige dag. Je bent zeer aangenaam gezelschap en Nijmegen is zo’n relaxte stad, dit was zeker niet de laatste keer.
- Gegevens
- Geschreven door: Jef
Dan denk je een weekje lekker vakantie te hebben, Wim van huis… Rust… Nou, niks is minder waar. Terwijl ik dit typ zit ik heerlijk op het werk bij te komen van een enerverend weekje. Een erg druk weekje, zelfs zo druk dat ik geen tijd heb gehad om te loggen.
Laten we beginnen met de dinsdag. In de middag eerst even Pasula ophalen want we zouden Wim en Jacob een bezoekje brengen in Noordwijk. Natuurlijk hadden Pasula en ik afgesproken om onderweg weer een hapje te eten bij Kreeftenboy, maar Wim bedacht dat het leuker was om met z’n allen te gaan eten in Noordwijk. Strak plan! Aangezien Wim en Jacob hun wandeling snel achter de rug hadden, vertrok ik al rond twee uur richting Pasula, eerder kon ook niet want onze prinses had bij de tandarts eindelijk haar kroontje gekregen. Onderweg vertelde ze dat ze nog helemaal nuchter was. Een nuchtere prinses? Dat kon niet, dus een kleine pitstop werd gehouden bij de Burger King. Na de nodige plasstop ging de reis verder. Ik was zo stom om zo op pad te gaan en had geen route uitgedraaid naar Noordwijk en ja hoor, Jeffie verdwaalde. We kwamen uit in Lisse, Ik stopte even bij de pomp om de weg te vragen. Uiteindelijk bleek ik helemaal niet verdwaald en Noordwijk was slechts een paar kilometertjes verderop.
Op een of andere manier kreeg ik Wim niet aan de telefoon en we hadden geen flauw benul waar ze stonden. Er stonden honderden tentjes op een groot voetbalveld. Wij maar zoeken en zoeken en zoeken. Uiteindelijk werden wij gevonden. Het bleek dat Wim’s voeten alweer onder de blaren zat. Zijn dure verjaardagscadeau’tje had weinig verschil uitgemaakt. Toch zijn we de stad in geweest, op zoek naar een blarenpriksetje. Ik had ook al in diverse apotheken in Lelystad nagevraagd, maar of ze hoorde het in Keulen donderen of het was uitverkocht. Ook in Noordwijk was er geen blarenpriksetje te vinden. Wel hebben we andere inkopen gedaan. Goede sandalen voor Wim, zodat hij op verharde wegen niet op zijn blote voeten hoefde te lopen. Ook kwamen we een heel leuk ouderwets snoepwinkeltje tegen. Pasula en ik gingen uit ons dak en hebben de halve winkel leeggekocht. Pasula kocht choco-beertjes voor Beer en een blik “zaad” voor Marcel.
Het was weer tijd voor een plaspauze. Op een drafje liep ik de toiletten van de HEMA binnen. Het bleek een betaaltoilet. Je moest een muntje van maar liefst 50 cent in de deur gooien waarna deze open ging. 50 eurocent!!! Dat is maar liefst 1 gulden 10 cent voor een plas…. Maar goed, als je nodig moet… Ik deed 50 cent in de automaat, deed de deur open, deed een stap naar binnen en deed weer snel een stap naar buiten. Wat een stank… Wat een troep. In de toiletpot dreef een lange dikke drol, het leek een enorme torpedo, die elk ogenblik uit de pot kon worden gelanceerd. Iemand had goed huisgehouden in de toilet want de stront zat aan de bril en de pis dreef op de grond. Ik moest te nodig, heb mijn adem ingehouden en goed in de pot weten te richten. Nog half kokhalzend verliet ik dit smerige hok en kreeg medelijden met degene die deze ellende mocht schoonmaken.
Het avondeten werd gehouden in een leuk restaurant. Het was er vrij donker maar er heerste een gezellige sfeer. Het eten was er duur maar goed. Natuurlijk werd er afgesloten met een heerlijk ijsje bij een ijssalon. Ze hadden er de heerlijkste smaken. Natuurlijk moest er voor mij ook een bolletje citroenijs bij en verder hadden ze ook toverijs… In een onbestendig kleurtje met gele sterretjes erin en de smaak deed denken aan zoete kauwgomballen. Wat een geslaagd einde van de avond. Daarna brachten we Wim en Jacob terug naar hun slaapplaats. Een kus en een knuffel en toen vertrokken Pasula en ik terug naar de polder. Pasula bleef bij mij slapen want de volgende dag zouden we al vroeg naar Beer vertrekken, maar meer daarover in het volgend logje.
- Gegevens
- Geschreven door: Jef
Nee, ik ben vrijdag dus niet gezonken maar had niet de puf om eerder te loggen. Je denkt dus een lekker rustig weekje te hebben nu Wim weg is en ik een week vakantie heb. Nou, niks is minder waar hoor. Ik heb al een paar drukke dagen achter de rug. Vrijdag dus het feest van Wim’s oom en tante. Laten we daar maar mee beginnen.
Ik schreef de vorige keer al dat ik er niet echt naar uitzag vanwege mijn watervrees en het feit dat het feest gehouden werd op een partyboot die dobberde over de Friese meren. Nou, ik had bijna mazzel want ondanks het feit dat we op tijd waren vertrokken, leek het erop dat we niet op tijd zouden komen. Het was stampend druk op de A6, harder dan 90 km/uur konden we niet, vervolgens hebben we nog meer dan een kwartier voor de Ketelbrug gestaan omdat hij open was (of is zo’n brug nou dicht?), het volgende opstakel was een wegopbreking van tig kilometer waar je niet harder dan 70 km/uur mocht rijden en voor Joure hadden we natuurlijk ook nog een brug tegen. Kortom, we waren een dik kwartier te laat en ik had verwacht dat we alleen nog mochten zwaaien naar de voorbijvarende boot. (Helaas) we waren niet de laatste. De boottocht viel uiteindelijk nog wel mee, een beetje krap maar boeiend gezelschap zullen we maar zeggen.
De zaterdag was gereserveerd om het huis even een goeie beurt te geven, boodschappen te doen en de tassen voor Wim te pakken. Zondag zijn we naar Friesland gereden om Jacob op te halen zodat hij bij ons kon blijven slapen en de volgende ochtend vroeg zouden we afreizen naar Hoek van Holland, waar het avontuur van Wim en Jacob zou beginnen.
Maandag was het dan zo ver. Het weer viel vies tegen. Onderweg vielen er behoorlijk wat plensbuien naar beneden, wat weggewoven werd onder het motto: “Wat nu valt, valt zometeen niet meer”. In een jaar tijd was ik de weg naar Hoek van Holland niet vergeten en reed er bijna in één keer naar toe. Het leek wel of ik gewend raakte aan het idee een week weer in mijn uppie te zijn, want het afscheid nemen was makkelijker dan vorig jaar. Terwijl ik in de auto stapte, begonnen Wim en Jacob vol goede moed aan hun tocht, in de motregen. Ik zou bijna medelijden krijgen toen ik in mijn warme droge auto stapte, maar ze doen het toch echt zelf. Een toeter, zwaaien en toch even een brokje in mijn keel wegslikken toen ik langsreed.
Eenmaal thuis dacht ik even bij te komen van een paar enerverende dagen. Maar zal ik je vertellen dat ik het nooit zo druk heb gehad als die maandag. Eerst kwam mijn zus langs met gebak. (mjammie mjammie), daarna was het de beurt aan mijn broer (waar was dat gebak???), Nancy aan de telefoon en Pasula in de chat en aan de telefoon. Iedereen dacht natuurlijk dat die arme Jef eenzaam was. Maar hoe kan ik nu eenzaam zijn met zoveel mensen om mij heen die om mij geven?
- Gegevens
- Geschreven door: Jef
Oh wat heerlijk, nog 2 uur en dan ben ik lekker een weekje vrij. Als Wim volgende week de zesdaagse loop, heb ik heerlijk vakantie. Maar voor het zover is, moet ik vanmiddag eerst nog een zware beproeving doorstaan. Een oom en tante van Wim vieren hun huwelijks jubileum. Is dat een beproeving? Nee! Maar het feit dat ze het op een boot vieren wel. Ik heb namelijk een behoorlijke watervrees en zelfs de pont achter het Centraal Station in Amsterdam vermijd ik al. En nu gaan we dan heerlijk met een bootje over de Friese meren. Oh joepie, joepie wat verheug ik mij hierop (maar niet heus). Ik ga maar met een reddingsvest pontificaal bij de beste uitgang zitten, maar mocht je na vandaag niks meer van mij horen dan kan je mij vinden op de bodem van een van de Friese meren. En om met Julius Ceasar te spreken: Ik kwam, ik zag en ik zonk….