- Gegevens
- Geschreven door: Jef
Ondertussen ga ik al mijn tweede week van de ziektewet in. Vorige week dinsdag heb ik mij ziek gemeld omdat ik mij niet lekker voelde. Hangerig, beroerd, onbestendig, duizelig en spierpijn. Nu voel ik mij de laatste tijd al niet zo lekker dus maar ziek gemeld. Vrijdag aan het werk gegaan maar wat was veel te vroeg dus weer ziek gemeldt. Zaterdag ben ik wel naar het halloweenfeest geweest (tegen de adviezen van vrienden en familie in) en dat heb ik dan ook moeten bekopen met twee spontane bloedneuzen in het bos. Dat past wel mooi bij de sfeer van Halloween maar is niet echt prettig. Zondag kwam daar ook nog eens heftige pijn in mijn borst en rug bij dus maandag een afspraak gemaakt voor de huisarts. Ik kon vandaag pas terecht. Niet eens bij mijn eigen arts want die zal de hele week vol maar bij de vervanger (de dokter van het logje over de twee neusgaten). Tja, het bleek een moeilijk geval en hij houdt het op een ontsteking in de richting slokdarm, maag, hart, longen of galstenen. Eerst maar even bloedprikken en vrijdag pas de uitslag. Ik zit dus nog wel even thuis met behoorlijke pijn bij eten en ademen. ‘s Nachts slaap ik recht overeind omdat ik anders last krijg. Wat heeft dit met tere zieltjes te maken denk je? Nou dat komt nu!!
Omdat ik mij niet lekker voel heb ik ook een humeur om te schieten. Op zulke momenten belt mijn oma. Of ze het ruikt dat ik thuis ben want normaal ben ik om 4 uur nog op mijn werk.
– Met Jef
– Ja, je moet de kinderen waarschuwen want ik heb deze week al 3 hypo’s gehad en ik ga binnenkort dood.
– (zucht) Dag oma…
– Er wordt hier nog steeds gestolen. De kluisjes zijn niet meer veilig en nu hebben ze ook al mijn koffie en koffiezakjes gestolen. Het is een complot. Ik heb mijn spullen goed verstopt. Ik kan het niet zeggen door de telefoon want ik weet niet wie er op de gang rondsluipt.
– Goh, wat erg oma
Op dat moment hoor ik dat een zuster binnenkomt.
– Ik moet ophangen. Ik bel je zo wel terug… (klik tuut tuut tuut)
Verbaasd staar ik naar de hoorn en hang op. Heel vervelend want vooral lopen en staan doet bij mij pijn. Ik loop weer terug naar de bank. 5 minuten later gaat weer de telefoon.
– Met Jef
– Waarom bel je nooit? Ben je soms kwaad?
– Oma, we hebben elkaar anderhalve week geleden nog gesproken.
– Nietwaar
– Welwaar
– Niettus (klinkt het boos)
– Oma, u belde zelf…
– Oh ja, maar waarom bel jij dan niet.
– Oma, ik ben ziek.
– Nou ik ben ook ziek en ik bel toch ook…
– (zucht)
– Ik snap het niet dat mijn kinderen niet meer komen, ik was toch altijd een goede moeder voor ze…
Op dat moment knapt er iets in mij.. Mijn oma was namelijk helemaal geen goede moeder, ze was een bitch eerste klas. Ze heeft letterlijk en figuurlijk haar op haar borst en als ze geen kunstgebit had, zeker ook op haar tanden. Er zijn in het verleden dingen gebeurd die niet door de beugel kunnen en waar ik verder niet over kan uitwijden, maar ik begrijp haar kinderen wel dat ze geen contact meer met haar willen.
Ik heb zin om dit haar alles voor de voeten te gooien. Dat eeuwige gezeur en geklaag, terwijl ze werkelijk alles aan zichzelf heeft te danken. Natuurlijk zeg ik weer niks meer dan Ja oma, Nee Oma en Ik weet het ook niet, oma maar ondertussen moet ik denken aan het onderstaande liedje van Robert Long.
Alleen in Amstelveen – Robert Long
Ze is al oud, ze woont alleen
En er is niemand die in het weekend op bezoek komt
Haar zoon niet meer, haar dochter niet
Het lijkt of de eenzaamheid uit elke hoek komt
Nooit eens een kaart, nooit meer een brief
Nooit eens een stem die zegt: wat vind ik je toch lief
Ze heeft een flat in Amstelveen
De stilte fluistert om haar heen
Arm is ze niet, maar ze is moederziel alleen
De telefoon rinkelt niet meer
Ze zou niet weten wie ze nog zou moeten bellen
Haar man is dood al achttien jaar
Er is geen mensen die haar nog iets heeft te vertellen
Nooit een gesprek, nooit meer een lach
Ze kijkt tv een groot deel van de dag
Ze is niet meer zo goed ter been
De dagen rijgen zich aan een
Arm is ze niet, maar zo verschrikkelijk alleen
Haar haar is grijs, haar blik is dof
Ze strompelt langzaam van de keuken naar de suite
Ze drinkt haar thee voor de tv
Geen kleinkind kwam er ooit bij oma op visite
Eens in de maand de pedicure
Maar die is ook al weer vertrokken naar een uur
Die oude vrouw in Amstelveen
Wat kan ze doen, waar moet ze heen
Arm is ze niet, maar wel alleen, verdomd alleen
En dat is logisch want het was altijd een takkewijf
Zo hard en koud en ongevoelig als beton
Zo’n kijk maar uit want anders zet ze je te kakken wijf
Die haar echtgenoot kleineerde
En haar kinderen frustreerde
En de boel tiranniseerde waar ze kon
Zo’n wijf dat elke week wel vier keer bij de kapper zat
En die haar kinderen naar kostschool had gestuurd
Die voor een ander nooit de allerminste aandacht had
Die iedereen manipuleerde
Personeel bespioneerde
Oh die teef tiranniseerde heel de buurt
En nu is ze aan het einde van haar leven
Opgebrand en uitgeluld
Eigen schuld, dikke bult
Want het is altijd een takkewijf gebleven
- Gegevens
- Geschreven door: Jef
Hoi loggers,
Door ziekte verschijnen er momenteel niet zo heel veel logjes van mij. Zodra ik mij beter voel komen de logjes weer terug. Het wil momenteel niet zo erg lukken met de inspiratie. Een simpel logje dus vandaag
- Gegevens
- Geschreven door: Jef
Het was een nacht als geen ander. Op een nacht waar geen normaal mens het Enge Bos in zou gaan, besloten o.a. 3 ongure types het bos onveilig te maken voor de doorsnee sterveling. In een clubhuis in Amsterdam zouden 60 stervelingen het wagen om op Halloween-nacht de geesten te tarten. Foute boel, foute boel. Maar liefst 35 spoken, geesten, mummies, heksen, trollen en andere gedrochten zouden hun best doen om die domme mensen met witte haren van angst te doen terugkeren uit het bos. IJsprinses Pasula, Toverkol Jelly en Magere Jef-Hein zaten in een team en stonden op een afstand van zo’n 100 meter van elkaar. De drie gedrochten zoals ik ze verder zal noemen, moesten al vroeg het bos in. Het was zeer mysterieus, de maan was bijna vol en de mistbanken verschenen en hulde het bos in een deken van nevel. Er was slechts een nadeel, een van de drie gedrochten is nachtblind en de route liep langs glibberige paadjes. De wijzers van de klok lieten zien dat we nog ruim twee en half uur hadden voordat de eerste stervelingen zouden arriveren. Helaas stond er bij het meertje waar ons team van 6 monsters (de 3 gedrochten, Mummy Ronald en de twee opdracht-monsters) maar een bankje. Wie mocht er zitten en wie mocht in het (bijna) drijfzand staan. De twee en half uur gingen snel om want de drie gedrochten mochten smullen van een wel zeer appetijtelijk monster waar alledrie de gedrochten wel een avondje ruzie voor over zouden hebben. Helaas viel een gedrocht af, het monster bleek hetero. Een zeer jaloers blik viel mijn mede-gedrochten ten deel.
Het was tijd om op onze plekken te gaan staan. Wij moesten helemaal in ons uppie midden in het bos gaan staan. Ondanks dat mijn twee mede-gedrochten vrouwen zijn, denk ik toch dat ik het bangste was. Kan je het voorstellen? Een vrij brede man van bijna twee meter, in een pikzwart gewaad, geheel zwart geschminkt met alleen twee witte ronde ogen. Die stond daar achter een boompje te bibberen. IJprinses Pasula stond bij een brug en Toverkol Jelly stond na de opdracht tussen het riet en de bosjes. De aankomende groepen mensen kwamen dus het eerste langs mij. Er zouden tien groepjes langskomen met tussenperiodes van 5 minuten. Weinig tijd dus. Ik stond trouwens helemaal niet lekker. Ik stond zo’n paar meter achter een boom in de drassige grond. Ik kon niet zo op de weg springen en boe roepen, ik moest eerst nog wel een paar meter lopen/rennen. Maar eindelijk!!! Daar kwam de eerste groep. Ik weet niet wie er banger was. De groep of ik? Ben ik eng genoeg? Wat zeg ik? Ze waren nu op een afstand van zo’n 5 meter bij mij vandaan. Tijd om te spoken, tijd om de bosjes uit te komen. Terwijl ik naar het pad ren onder het uitroepen van zeer kermend gegil hoor ik de grond onder mijn voeten soppen, takken striemen in mijn gezicht. Ik geef een gil van de schrik en pijn en struikel bijna over mijn veel te lang zwart gewaad. Maar ik heb succes!!! Er staat een groep van 6 bange huisvrouwen voor mij. De eerste draagt een St.Maarten-lampionnetje om de weg wat te verlichten… WHAAAAA. Met een ijzelijke gil gooit de lampiondraagster haar lampion omhoog. Het stokje met lichtje heeft ze nog in haar hand, maar de lampion vliegt met een boogje voor mijn voeten. Bingo!!! Een goed begin van de avond… De dames weten niet zo snel ze weg moeten komen, luid kwetterend, lachend en gillend gaan ze verder, op weg naar IJsprinses Pasula. Een paar minuten later hoor ik Pasula krijsen gevolgd door het gegil van de kudde huisvrouwen. Ha! Pasula is ook angstaanjagend.
Ondertussen zijn er een paar groepen voorbij gekomen, als ineens mijn blaas een seintje geeft dat hij geleegd moet worden. Tja, wat doe je dan? Simpel, je gooit je gewaad over je schouder en zoekt een boompje op. Hee, het is donker en je staat alleen in een bos. Ik ben ondertussen mijn blaas aan het legen als ik ineens het ijzelijke gegil van Pasula hoor. Maar dat klopt niet want er is helemaal geen groep mensen bij haar!!! Heeft ze mij zien plassen? Of is ze misschien aangerand door een hitsige homo want Pasula stond op het toegangsbruggetje naar een homo-ontmoetingsplaats. Deze was afgezet voor de halloween-avond, maar toch…. Snel belde ik haar even. Loos alarm, madame was alleen even haar gil aan het oefenen…
Nadat alle stervelingen langs waren gekomen liep ik richting Pasula. Maar daar schrok ik, want wie lag daar op de brug? Doodstil? IJsprinses Pasula!!! Wat is dit? Was dit het einde van IJsprinses Pasula. Was ze dan toch besprongen door een roedel hitsige homo’s en had ze het niet overleefd. Bezorgd sta ik over haar heen gebogen. Dan veert ze ineens overeind met een ijzige kreet. IK verlaat het bos met spierwit haar…..
- Gegevens
- Geschreven door: Jef
Tja, ik kan er niks aan doen. Ik heb het al in een vorig logje aangegeven. Ik doe heel graag boodschappen. Ik loop al een tijdje met het idee in het hoofd om eens in Duitseland boodschappen te doen. Gisteren was Wim eerder vrij dus Paula opgebeld en met z’n drieen richting Kleve vertrokken. Ik had gehoord dat daar heel wat leuke en grote supermarkten zitten. Op de weblog van RozeBeer werd al gesproken over de supermarkt, helaas wist hij de naam niet. Na een korte speurtocht op het internet kwam ik de supermarkt-keten Edeka tegen. Dus op de gok naar Kleve. We hadden het redelijk snel gevonden. Een behoorlijk grote supermarkt. Jeffie was in zijn nopjes.
Het is niet te geloven, slechts een paar kilometer voorbij de Nederlandse grens vindt je een supermarkt met een ongelofelijk assortiment en met producten waar we in Nederland nog nooit van gehoord hebben.
Nou mede-webloggers. Jeffie bevond zich in de supermarkt-hemel. Wat een heerlijke en aparte dingen hebben ze daar. Je begrijpt wel dat het winkelkarretje zich vulde. Helaas dacht Paula er hetzelfde over en al snel werd het dringen om ruimte in het karretje. Jammer genoeg hadden we aan 2 uur winkelen niet genoeg, maar we komen snel weer terug en dan ga ik ook op zoek naar het braadworst-stalletje van Rozebeer. Ik weet nu al waar ik de kerstinkopen ga doen!!! KLEVE!!!